Wat is het onderscheid tussen opera, operette, musical en belcanto?
Viva la Musica kiest voor haar repertoire uit een mooi en afwisselend palet van muzikale geschiedenis. Daarbij maakt het koor een reis door de tijd langs verschillende muzikale ontwikkelingen en door verschillende landen.
Tijdens haar verschillende concerten vertolkt Viva la Musica muziek uit opera, operettes en musical.
Hartstochtelijke liefdes, eer, macht, hebzucht, verraad, bedrog, moord, etc., het hele scala aan emoties, vaak zeer poëtisch verwoord, komt voorbij.
Maar wat is nu eigenlijk het onderscheid tussen opera, operette en musical?
En wat betekent belcanto nu eigenlijk? Het is op zijn plaats om op de website van ons koor, hoewel in het kort en zeker niet volledig, hier op in te gaan.
Opera is de klassieke en oudste vorm van muziektheater en wordt in zijn geheel gezongen. In zijn algemeenheid is het ook de meest dramatisch geladen en lyrische vorm, die bovendien zware eisen stelt aan de stemmen en het stembereik van de uitvoerenden, aan de virtuositeit van de zangers en zangeressen.
Operette is een afgeleide van de opera.
Het woord laat het al raden: kleine opera! Met klein wordt dan gedoeld op de inhoud. De inhoud is lichter, altijd romantisch, vaak humoristisch. Én er gaat niemand dood!
Er wordt behalve gezongen ook gesproken of gedanst. Denk maar aan de beroemde Weense wals. De operette stamt vooral uit het Duitse taalgebied (Oostenrijk, Hongarije en Duitsland).
Musical verschilt in wezen niet veel van de operette, zij het dat de oorsprong in het Engelstalige gebied ligt. Bij musical voert dansen en acteren de boventoon en speelt de stem een mindere rol. Soms geeft men zelfs de voorkeur aan een betere acteur dan een goede zanger.
Belcanto is een niet zo vaak voorkomende muziekterm. Uit het Italiaans betekent, vrij vertaald, belcanto ‘mooie zang’. Dat dekt echter niet de lading!
De stijl kenmerkt zich door o.a. rijke, meeslepende melodieën met spectaculaire hoge noten voor sopranen en tenoren.
Simon Mayr, priester, muziekleraar en componist uit Beieren, introduceerde in het begin van de 19e eeuw deze vernieuwing in Italië.
Hij stelde het genie Mozart als voorbeeld en inspiratiebron voor zijn leerlingen.
Met succes voerde hij deze belcanto-stijl en Duitse harmonie in de traditionele Italiaanse opera met als belangrijkste exponenten Rossini, Bellini en Donizetti (de bekendste leerling van Mayr), later vervolmaakt door Verdi en Puccini.
De schitterende vocale partijen en de virtuositeit van de zangers en de prachtige composities brachten het toenmalige publiek in extase en leidde tot het vestigen van beroemde operahuizen in Milaan, Venetië en Napels